Home » Review
Coppelia © Altin Kaftira

Coppelia straalt gelukzalige kerstwarmte uit

Sanne Scheffers

Gezien: 11 december 2016, Nationale Opera & Ballet

Het Nationale Ballet brengt dit jaar het ballet Coppelia tijdens de feestdagen. Daarmee doorbreekt het balletgezelschap de traditie van Zwanenmeren en Notenkrakers tijdens de kerst. In plaats daarvan het ballet uit 1870 dat Ted Brandsen in 2008 ombouwde tot een eenentwintigste-eeuws sprookje. Coppelia: het meisje met de ogen van glazuur is veranderd in het ballet van glazuur. Zo mierzoet als kerststokjes, mijn hart vult zich vanzelf met gelukzalig (kerst)warmte.

Poppenmaker wordt schoonheidskoning

Al meer dan honderd jaar is dr. Coppelius een poppenmaker. Brandsen bracht daar verandering in. In deze versie van Coppelia is dr. Coppelius eigenaar van de schoonheidskliniek Coppelia Clinics. De stoffige namen Swanhilda en Franz zijn omgetoverd tot de Hollandse Zwaantje en Frans. Beschaafde jonkheren zijn in deze versie sportieve spierbundels en last but not least: Zwaantje werkt in een trendy juicebar.

De moderne verhaallijn maakt het ballet luchtig en zorgt voor herkenbare, komische elementen. Met enkele groteske tikken van Zwaantje’s nerdachtige vriendin op het toetsenbord slaan de elektronische bestuurde poppen op tilt. Door het gebruik van de oorspronkelijke romantische balletmuziek van componist Léo Delibes en de balletfrases  te baseren op de traditionele Coppelia van chreograaf Arthur Saint-Léon is het ballet alles behalve een aftreksel van het poppenmakers verhaal.

Een dansend pop-up prentenboek

Het ballet Coppelia is een groot pop-up prentenboek, maar dan op een podium. En dan het soort prentenboek, waarbij je zelf luikjes open kan doen, vachtjes aait en met kleine papieren lipjes de figuren heen en weer kan laten bewegen. 

Tegelijkertijd zou ik Coppelia keer op keer willen herbekijken. En dan vooral de momenten waarop het gehele corps de ballet het podium vult. Je ogen razen heen en weer. Links danst een groep kleine kinderen, terwijl aan de rechter kant van de bühne een oude vrouw de dominee (gedanst door Amhad Joudeh) begroet. Ondertussen wordt een jonge poedel uitgelaten en staat een vriendengroep druk te roddelen. Op deze momenten is het onmogelijk om alles te zien, er gebeurt teveel tegelijkertijd. Ondanks dat vormen de dansers een geheel en is er geen moment dat de verschillende bewegingen het beeld te druk maken. 

Een ballet met danstechniek en humor

Ook de felle kleuren in de kostuums van de dansers blijven in evenwicht met de zwarte schetslijnen op een witte ondergrond in het decor. Ontwerp van beiden lag in de handen van illustrator Sieb Posthuma (1960-2014). Postuum eert de balletvoorstelling nu zijn vrolijke blik. Met opkrullende streepjes krijgt alles en iedereen een tevreden uitstaling.

Al bij het zien van het volgetekende voordoek is duidelijk dat Posthuma prenten maakte van de schetsen. Elk klein detail, van tas tot fotocamera, past in de grote prent. Vooral opvallend zijn de schoenen die in thema zijn. Witte dansschoenen, gedecoreerd tot afgetrapte sportschoenen. Zwart-wit gevlekte spitzen. Er is werkelijk alles aan gedaan om dit kindersprookje realistisch te maken. Met succes.

Desondanks is het ballet niet te kinderachtig. De Brits aandoende slapstickhumor zorgt voor gniffelmomenten in het publiek. Helaas zijn Anna Ol en Artur Shesterikov, die deze avond de rollen van Zwaantje en Frans dansten, geen groot komisch talent. Beide moeten het meer van hun techniek als danser hebben. Dat toonden beide dan ook, want danstechnisch is het Coppelia een pareltje. De hoge sprongen en vele grand jetés zijn onmisbaar.

Zo past Coppelia volledig in de kerstsferen. Net als een goede kerstfilm geeft Coppelia je voor even een warm gevoel, maar blijft het ballet je slechts voor een korte tijd bij.

Meer inspiratie