Conny Janssen keert binnenste buiten in Inside Out
Vrijdagavond 6 februari in de Rotterdamse Schouwburg was de dansvoorstelling Inside Out van Conny Janssen te zien. Deze voorstelling is donderdag 5 februari in première gegaan. Inside Out gaat over de rol van het individu in de complexiteit van de massa; met dertien dansers, een vierkoppige band en een heleboel touwen. Inside Out neemt je mee op een reis waarin je een kijkje krijgt in het binnenste van de mens.
Conny Janssen laat karakters dansen
Zodra het doek open is gegaan en de belichting aan gaat, zien we een grote groep dansers tussen iets dat lijkt op tralies. De band, die links achter op het podium gepositioneerd is en deel van het decor vormt, begint te spelen en langzaam begint de groep heel minimalistisch, als een soort leger, te bewegen. De dansers dragen allemaal dezelfde zwarte kleding met een lange rok die tot de grond reikt, gevormd uit slierten. Ze lijken wel menselijke robots die maar door en door gaan. Af en toe veranderen er hele kleine details in de bewegingen, waardoor je als in een soort hypnose blijft kijken. Naarmate het podium beter wordt verlicht, blijken de tralies een verzameling touwen te zijn die aan een groot rooster hangen. De dansers kunnen hier tussen- en later ook onderdoor dansen. Heel langzaam valt de dansers-massa uiteen en komt er één danseres op, in andere kleding. Terwijl de rest van de dansers nog een eenheid vormt steekt zij er als eenling tegen af.
Geleidelijk verschijnen er steeds meer individuele dansers. Soms gaan zij relaties met elkaar aan en soms zonderen zij zich af. Na het minimalistische ensemble worden er veel duetten, trio’s en solo’s gedanst. Iedere danser heeft een heel eigen uitgesproken karakter. Eén van de danseressen haalt bijvoorbeeld alle achtergebleven rokken, die de dansers na het individu worden hadden uitgedaan, op en kijkt daarbij steeds angstig en oplettend het publiek in alsof ze bang is betrapt te worden. Iets wat in de choreografieën van Conny vaak terug komt, is dat de dansers echt allemaal persoonlijkheden hebben waarmee ieder zich op een unieke manier van de rest onderscheidt. De dansers zijn dan ook allen prachtig om te zien op hun eigen manier met hun eigen bijzonderheden.
Kwetsbaarheid in Inside Out
Waar in het begin de bewegingen klein zijn en ondersteund worden door de adem van de dansers, zijn de bewegingen nu groot en schijnbaar eeuwig doorvloeiend, ondersteund door de muziek van de band. In de minimalistische bewegingen waarin de dansers de massa voorstellen, wordt er in hoekige patronen gedanst. Als deze doorbroken worden, wordt er door de dansers vol overgave gerend en gegleden over de vloer. Het podium lijkt dan opeens immens groot. Af en toe komen de bewegingen van de massa terug, of zie je juist de gekte van de dansers in rare bewegingen; daartussen zien we de bewegingstaal van de dansers en Conny Janssen met lijnen en soepelheid.
Als de massa grotendeels is opgelost worden er duetten gedanst. Een van die eerste duetten wordt gedanst door Christiaan de Donder en Adi Amit. Dit duet, dat beweegt in een soort verstilling die het wegvallen van de overheersende massa met zich mee bracht, raakt mij. Ik moet er zelfs stiekem een traantje van laten. Waarom dit gebeurt kan ik niet precies beredeneren. Het is de eerste echte verbintenis die door de dansers wordt gemaakt in de voorstelling, waarbij de dansers zich ook meer laten voeden door de muziek en samen dansen met de band. Voor mij gaat het duet over de kwetsbaarheid die we aan elkaar kunnen tonen en dat mensen er dan pas ook voor elkaar kunnen zijn.
Ook het decor en de kostuums ondersteunen het gevoel van het kwetsbare individu tegenover de harde mensenmassa. Het decor bestaat uit een groot rooster met diverse touwen die tot op de grond hangen. Door de belichting kunnen deze touwen alles verbeelden; ook kunnen ze omhoog en naar beneden worden gehesen. Als de touwen helemaal omhoog zijn getakeld, zien we als publiek de binnenkant van een oud, vervallen gebouw als achtergrond. In tegenstelling tot het begin van de voorstelling, waar alle dansers nog hetzelfde kostuum aan hadden, kleden ze zich nu als individuen allemaal anders. Tijdens de voorstelling veranderen ze ook nog sommige aspecten van hun kostuums zonder dat dat heel erg opvalt; het lijkt dan ook of de dansers zich ontwikkelen en nét iets anders van zichzelf laten zien.
Conny Janssen verbindt muzikanten met elkaar
De band die links achter op het podium is gesitueerd, bestaat uit vier afzonderlijke muzikanten die Conny zelf bij elkaar heeft gezocht: singer-songwriter iET, gitarist en multi-instrumentalist Budy Mokoginta, cellist Jonas Pap en toetsenist Pieter de Graaf. Voor Inside Out gingen ze samen aan de slag om nieuwe composities te schrijven gebaseerd op thema’s van Bach. De zang die over de soundscape-achtige muziek heen gezet is, bevat niet zo veel woorden en soms alleen maar klanken, maar laat daardoor de diepere gedachte achter de muziek heel helder overkomen. De muziek begeleidt de dansers en ondersteunt ze. Af en toe vergeet ik dat de muzikanten er zijn, omdat de muziek en dans echt een geheel worden. Toch zitten er, als ik dan weer goed luister, af en toe kleine contrasten in. Als de dansers heel liefdevol dansen, dan zong iET bijvoorbeeld dat de persoon met wie ze een relatie aangaan niet goed voor hen is.
Geraakt door Inside Out
De kwetsbaarheid van het individu tegen over de massa werd voor mij heel mooi vormgegeven in Inside Out. Ik werd oprecht ontroerd door de dans en de muziek, omdat ze mij in de puurste vorm lieten zien wat die kwetsbaarheid was. Dit is iets waar voor mij dans voor is bedoelt: thema’s, gevoelens, kwesties kunnen communiceren met een effect dat woorden alleen nooit kunnen bereiken.
Inside Out speelt nog tot en met 15 mei. Klik hier voor de speellijst.