Home » Reportage
Tsjaikovski en zijn composities

Het Zwanenmeer zonder Tsjaikovski zou het Zwanenmeer niet zijn

Het Zwanenmeer, De Notenkraker, wie kent ze niet? De meest bekende balletvoorstellingen uit de balletgeschiedenis. Pjotr Iljitsj Tsjaikovski wond geen doekjes om zijn talent en componeerde deze succesvolle creaties. Wat weten we eigenlijk van hem?


Pjotr Iljitsj Tsjaikovski

Als zoon in een gezin van zes en met een moeder van Frans-Russische komaf was zijn leven niet saai. Zijn kinderjuffrouw kwam oorspronkelijk uit Duitsland, die hem op jonge leeftijd pianoles gaf. Zijn vader was mijninspecteur en leider van het technologische instituut in Sint-Petersburg. 

Op zijn 10e woonde hij de uitvoering Don Giovanni van Mozart bij en dat heeft hem zijn leven aan muziek doen wijden. Zijn ouders, in tegenstelling tot zichzelf, wilde dat hij ambtenaar zou worden. Hij ging zijn droom achterna en werd aangenomen bij het conservatorium van Sint-Petersburg. 

Al vroeg ontwikkelde hij een eigen muzikale stijl met invloeden uit zowel de Russische als Duitse muziek. Zijn leraar keurde zijn werken af, maar zijn broer Nikolay nodige hem toch uit om harmonielessen te geven aan het conservatorium van Moskou. Daar componeerde Tsjaikovski zijn eerste compositie in 1866: Eerste Symfonie, ook wel Winterse Dagdromen genoemd. Hij begon langzaam door te breken met zijn creaties en werd steeds bekender bij de elite. Tegen de tijd dat hij begon aan Het Zwanenmeer en zijn Eerste pianoconcert, was hij inmiddels al beroemd geworden. Tsjaikovski werkte in verschillende genres: opera, ballet, symfonieën en zelfs a capella koormuziek wist hij te bemachtigen.

Helaas worstelde hij met depressiviteit (als sinds zijn jeugd) en zijn homoseksualiteit. In een wanhoopspoging trouwde hij met een van zijn vrouwelijke leerlingen, maar na twee maanden ontvluchtte hij Sint-Petersburg en zijn huwelijk. Tijdens deze periode schreef hij echter wel verschillende goede werken, waaronder ook het Vioolconcert in D opus 35. Acht dagen na zijn bekende en tevens laatste werk Zesde symfonie overleed hij. Er zijn geruchten dat hij zichzelf vergiftigd had, maar hier is echter onvoldoende bewijs voor geweest. 

Het Zwanenmeer en De Notenkraker zijn uiteindelijk als zijn meesterwerken bestempeld, maar we kunnen Doornroosje niet vergeten toe te voegen aan deze lijst. 

In totaal schreef hij tien opera’s waarvan er zes zijn gebaseerd op componist Poesjkin. 

Het Zwanenmeer

Het Zwanenmeer ballet werd voor het eerste gedanst door het Bolsjojballet in het Bolsjojtheater in Moskou in 1877 en bestond uit twee bedrijven. Geïnspireerd op Russische en Duitse verhalen vertelt het Zwanenmeer het verhaal over Odette: een prinses die in een zwaan verandert door een vloek. Het verhaal toont veel gelijkenissen met het Russische sprookje De witte eend en De gesloten sluier, het Duitse sprookje van schrijver Johann Musäus. Ondanks dat de eerste versie werd uitgevoerd door het Bolsjojballet, worden de meeste versies nu gebaseerd op de uitvoering van het Imperial Ballet in het Mariinsky Theater in Sint-Petersburg. Het was de nieuwe choreografie van Marius Petipa en Lev Ivanov die voor het succes zorgden. Sindsdien geldt hun versie als traditionele uitvoering. 

In 2019 voerde Het Nationale Ballet het prachtige ballet op: https://www.youtube.com/watch?v=-67MyJG8wZM

Bekijk hier het Zwanenmeerballet van Tsjaikovski in het Kirov Theater in Rusland:

 

De Notenkraker

In dit kerstsprookje beleef je de wereld van een kinderdroom die uitkomt: het meisje Clara komt in een magische winterwereld van levend speelgoed terecht. Op kerstavond krijgt Clara een notenkrakerpop van de mysterieuze Drosselmeyer. ’s Nachts verandert de notenkraker in een echte prins en neemt Clara mee naar het Koninkrijk van Snoep. Een verhaal vol avontuur en verteld vanuit het perspectief van het kind, in tegenstelling tot Tsjaikovski’s andere werken. De compositie is gebaseerd op De Notenkraker van Alexandre Dumas’ versie van De Notenkraker en de Muizenkoning. 

In eigen land konden we in 2013 De Notenkraker zien. De balletvoorstelling werd opgevoerd door De Dutch Don’t Dance Division onder leiding van Rinus Sprong en Thom Stuart. 

Meer inspiratie