Gotra rebelleert met Charlie Goes
Zaterdag 31 januari stond dansgezelschap Gotra in de grote zaal van Theater Kikker in Utrecht. De dansvoorstelling Charlie Goes vormt het tweede deel van het drieluik Charlie Goes Home van choreograaf Joost Vrouenraets. Een voorstelling vol manipulatie, frustratie en verzet waarin vol overgave wordt gedanst. Waar Charlie Goes over ging was echter volstrekt onduidelijk.
Charlie Goes
Rechts achter op het toneel staat een gipsen wand, die later door vier pijlen van de drie handbogen links op het toneel doorboord wordt. Rechts van het midden staat een stapel oude boeken. Links daarvan een verhoging met klei die gedurende de voorstelling tot een poppetje wordt gevormd, om ook vervolgens weer vernietigd te worden.
Helemaal links in de hoek staat een witte lege badkuip, met aan het begin van de voorstelling het licht van de spotlight erop. Hier begint en eindigt de voorstelling, maar verder vormt het bad een stille getuige. Terwijl alle andere attributen op het toneel veelvuldig ingezet worden en verplaatst of beschadigd, blijft de badkuip stilletjes op zijn plek staan. Iedere dertig seconden valt er een druppel in het bad. Drup, drup, drup…
Zoals het toneelbeeld is de choreografie: fragmentarisch en onsamenhangend, doch intrigerend. De dansvoorstelling bevat veel mooie en indrukwekkende momenten. Zo wordt aan het begin van de voorstelling het beeld van het kleipoppetje in wording geprojecteerd op de gipsen wand, waarvoor Joost Vrouenraets in een duet zijn danspartner manipuleert. Of het schieten met handbogen, al is het maar op een gipsen wand, brengt een lading adrenaline met zich mee. Ook de scène waarin de vier dansers zichzelf als happy family portretteren is aangrijpend, vooral omdat de fotoreeks wordt omsloten door momenten van geweld en verzet. De vluchtigheid en kwetsbaarheid van geluk wordt voor mij gesymboliseerd door het kaartenhuis dat wordt gebouwd uit verscheurde bladzijdes uit een van de oude boeken.
Is choreograaf Joost Vrouenraets boos?
Eigen wil versus manipulatie.
Bewust versus intuïtief.
De engel versus de duivel.
Meegaand versus rebels.
CHARLIE GOES. Hij is vrij, gevangen, grenzeloos en commiterend.
Raakt de weg kwijt.
Exorbitantie…..
CHARLIE GOES. Hij is roekeloos, raakt in trance, onderbewustzijn.
Zoekt zijn weg.
Stilte….
Zo wordt de dansvoorstelling Charlie Goes in het programmaboekje beschreven. Ook een quote van Jim Morrison wordt aangehaald. De voorstelling is tevens doorweven van de muziek van deze Amerikaanse rockster uit de jaren ’60 en ’70. Ik ervaar het als een verademing om eindelijk eens naar dans te kunnen kijken die niet gedanst wordt op etherische lieflijke klassieke muziek, maar psychedelische en poëtische rockmuziek. Het doet me denken aan de momenten in mijn leven dat ik woedend was en stampend en schreeuwend de woonkamer doordanste op muziek van bijvoorbeeld Linkin Park. Met eenzelfde energie en overgave smijten de dansers hun eigen lijven over het toneel.
Aan de overgave waarmee de vier dansers (Joost Vrouenraets, Marika Meoli, Eleni Arapaki en Maïté Guérin) optreden valt niks op te merken. Indrukwekkend is de intensiteit waarmee ze bewegen. Aan de kniebeschermers alleen al is te zien hoe belastend deze voorstelling wel niet moet zijn. Ze rollen en gooien zich continu over het podium heen. Het vele vloerwerk met Grahameske contracties en torso-bewegingen drukt innerlijke frustratie uit. De twee jongste danseressen (Marika en Eleni) worden vooral aan het begin van de voorstelling gemanipuleerd door het choreograaf Joost en zijn partner in crime Maïté (die invalt voor Mami Izumi). Gedurende de voorstelling groeit echter de frustratie en uiteindelijk komen de twee danseressen in verzet en nemen zij de macht over. Waarom de voorstelling over manipulatie, frustratie en verzet gaat is mij echter volstrekt onduidelijk.
Nee, aan de overgave en dynamiek dans ligt het niet, wel aan de inleving. De intense emotie en frustratie die aan de beweging ten grondslag zouden (moeten) liggen ervaar ik niet. Soms zie ik een kleine glimlach op het gezicht van een danser, zelfs in scènes die pijn en frustratie zouden moeten uitdrukken. Het moet ook heerlijk zijn om zo voluit te mogen dansen, maar geloofwaardig wordt het er niet van. Wanneer de dansers over de hoofden van het publiek heen staren, als scholieren zenuwachtig voor een spreekbeurt, erger ik me nog meer. Hoeveel intenser had de voorstelling kunnen zijn, als in heftige scènes de dansers het publiek recht in de ogen hadden gekeken! Misschien had ik dan de oorzaak van de heftige emoties kunnen begrijpen. Nu wordt mijn blik genegeerd en de intimiteit die het kleine theater faciliteert vermeden. Jammer.
Gotra is avant-garde
In het programmaboekje lees ik dat Gotra dans een nieuwe narrativiteit geeft; Gotra geeft danst een surrealistisch gezicht met een eigentijdse vorm en karakter; Gotra is dans op het snijvlak van pop-cultuur en avant-garde. Misschien is dat waarom ik niks van Charlie Goes begrijp. Soms vraag ik me af of de term avant-garde niet een excuus is om gekke of slechte kunst te maken. Dit was het niet vanwege de vele sterke momenten, maar als geheel kwam de voorstelling niet aan. Ik weet wat ik gezien heb, maar niet waarom. Waarom rebellie? Waarom Jim Morrison? Waarom zijn we boos en waartegen moeten we ons verzetten? Net zo kwetsbaar als het kaartenhuis is dus de dansvoorstelling Charlie Goes. Ondanks terugkerende elementen en thema’s valt de voorstelling voor mij toch uit elkaar. Het weet me helaas niks te zeggen.
Speellijst Charlie Goes
13 februari - Theather Ins Blau, Leiden
18 februari - Theather Bellevue, Amsterdam
24 februari - De Maaspoort, Venlo
27 + 28 februari - Theater a/h Vrijthof / AINSI, Maastricht