Foto: Bryndis Brynjolfsdottir- Ed Wubbe, Scapino Ballet

Ed Wubbe over 70 jaar Scapino Ballet: “Hans Snoek zou trots zijn geweest”

Door Carolien Verduijn

Ooit haalde een jonge, ambitieuze choreograaf de bezem door een gerenommeerd balletgezelschap. Hij gooide het roer radicaal om en koos voor een nieuwe koers. Het dansgezelschap verhuisde naar Rotterdam. Het brave imago dat aan het Scapino Ballet kleefde bleef achter in Amsterdam.

Die jonge choreograaf was Ed Wubbe (1957). Drieëntwintig jaar later blikt de inmiddels grijzende choreograaf terug op zijn eerste jaren als artistiek leider bij het Scapino Ballet. De laatste decennia van het zeventig jaar oude gezelschap zijn vormgegeven door de hand van Wubbe.  Nog altijd is hij leidend in de koers die Scapino voert.

Op die plek lijkt hij ogenschijnlijk makkelijk te zijn binnengerold. Zelf noemt de gerenommeerde choreograaf het ‘een samenloop van omstandigheden’: “Ik was in 1990 huischoreograaf. In die tijd was er een gedeelde directie van Armando Navarro en artistiek leider Nils Christe. Er zijn toen allerlei conflicten geweest. Uiteindelijk heeft Nils zich toen teruggetrokken als artistiek leider. Toen keek men naar mij om de continuïteit te waarborgen. Eerst heb ik de boel daarom officieus waargenomen, maar in 1992 werd ik interim-artistiek leider.” Wubbe greep zijn kans en gooide het repertoire van het Scapino Ballet radicaal om. Dit was niet alleen een artistieke keuze, ook praktische zaken speelden een rol.

Verhuizen naar Rotterdam

“Het Scapino Ballet maakte een identiteitsverandering door. We zouden van Amsterdam naar Rotterdam gaan verhuizen. Rotterdam wilde geen klassiek gezelschap, maar een eigentijds dansgezelschap. Ik heb toen het voortouw genomen om het repertoire aan te passen en te vernieuwen.” Bij deze keuze was geld een belangrijk aspect. “De toenmalige directie zag kans om als huisgezelschap van Rotterdam een nieuw begin te maken. Dit is mede voortgekomen uit financiële overwegingen.”

De nieuwe koers heeft gewerkt. Het Scapino boekte de afgelopen jaren successen met choreografieën als Le Chat Noir, Pearl en Songs for Drella. Stukken waarin moderne dans vermengd wordt met franse chansons, barokcultuur of Andy Warhol. Die mengvorm tussen klassieke en populaire cultuur typeert de stijl van Ed Wubbe.

Van klassieke naar moderne dans

De basis van deze dansvoorstellingen ligt in de jaren ’90. De dansvoorstellingen Rameau en Kathleen waren een markeerpunt waarmee de klassieke periode van het Scapino Ballet werd afgesloten. Wubbe: “Voor die tijd deden we zelfs de Notenkraker nog. Deze dansvoorstelling was heel succesvol, maar ook al twintig jaar oud. De Notenkraker hebben we nog lang op het repertoire gehouden, maar uiteindelijk hebben we het er toch afgehaald. Het matchte niet meer met de rest van het repertoire.”

Dat blijkt zeker wanneer het iconische stuk Kathleen uit 1993 ter sprake komt. “Zeker, Kathleen  was een heel rauw stuk. Het gaf de groep een heel ander imago. Ik realiseerde me op dat moment dat we ons als dansgezelschap moesten onderscheiden om overeind te blijven in dit land. Ik had het gevoel dat we moesten vernieuwen, niet omdat het oude repertoire niet goed was, maar omdat we meer in het heden moesten gaan staan. Daarom heb ik Kathleen gemaakt, om een statement te maken.”

“Ik ben vanaf toen ook jonge choreografen gaan uitnodigen om een stuk voor het Scapino Ballet te maken. Vroeger was het namelijk zo dat choreografen die voor het Scapino Ballet werkten, ook voor Het Nationale Ballet, het Nederlands Dans Theater en Introdans choreografieën maakten. Hierdoor was er geen onderscheid meer in repertoire tussen de verschillende gezelschappen. Daarom ging ik choreografen aan ons binden, waardoor wij nu een heel ander repertoire hebben dan het Nederlands Dans Theater of Introdans.”

Risico

De keuze voor jonge choreografen werkt nog steeds door, begin oktober gaat bijvoorbeeld Henry van Itamar Serussi in première. “60% van de choreografieën wordt door jonge choreografen gemaakt en 40% door mij. Die 60% is een risico, maar daar bereiken we wel een groot publiek mee. Ik probeer stukken voor een breed publiek te maken. Door het succes van mijn werk kunnen we risicovolle jonge choreografen brengen. Dat is bijna een economische wet, en het hoort ook zo. Daardoor faciliteer ik jonge choreografen, die experimenteler werk kunnen presenteren.”

Over de keuze voor risico zegt hij: “We kunnen niet anders, maar zouden ook niet anders willen. We hebben een groot publiek. Ik ben trots naar de oprichtster van het Scapino Ballet Hans Snoek. Het Scapino is nog steeds één van de meest succesvolle gezelschappen van Nederland. Dat verdient Hans Snoek ook.”

Volgende week: het laatste deel van een tweeluik. Ed Wubbe over de impact van de bezuinigingen op het Scapino Ballet, de populariteit van het dansgezelschap en de toekomst van het Scapino Ballet.

Meer inspiratie