Vandaag start in Haarlem het 13e Salsa Festival. Het hele weekend kun je je in het centrum van de stad onderdompelen in salsasferen.
Salsa
Salsa is de zeer passionele dans met Cubaanse afkomst en wordt vaak genoemd met andere latin dansstijlen als de tango en de paso doble. Maar salsa heeft een hele eigen cultuur, muziek en techniek. De dansstijl komt uit de jaren 20 en wordt bijna altijd met een partner gedaan. Alhoewel er ook vormen zijn als salsa suelta die meer als linedance worden uitgevoerd. Salsa heeft zich vanuit Zuid-Amerika over de hele wereld verspreid.
Geschiedenis van Salsa
Over het ontstaan van de salsa zijn er vele verhalen. De een zegt dat het in de jaren 20 is ontstaan, de ander in de jaren 40 en weer een ander meent dat salsa is ontstaan in de 18de eeuw. De stijl zou een Cubaanse achtergrond hebben, maar voor het eerst gezien zijn tijdens een concert in Venezuela. Zuid-Amerikanen zijn het er in ieder geval over eens dat salsa werkelijk is ontstaan in de arme wijken van de Caraïben. Het werd toen gecommercialiseerd in de Verenigde Staten. De Latino’s hebben er leren dansen op het strand en dankzij de beweging van de golven dansen zij op hun typische ritmische en vibrerende manier. Dit is de algemene opinie van de meeste Latino’s over het ontstaan van de salsa
Soorten Salsa
Er zijn vele verschillende soorten salsa dansstijlen, die allemaal zijn te kenmerken met welk voet voor wordt gedanst en op welke tel. Vroeger werd er in Nederland alleen op de Antilliaanse stijl gedanst, wat altijd met rechtsvoor en op de derde tel gebeurde. Ondertussen zijn er verschillende salsastijlen bijgekomen waarbij er met linksvoor wordt gedanst, zoals: de Cubaanse, casino of LA salsa op de eerste tel, de New-Yorkse salsa op de tweede tel en de son op de vierde tel. Je hebt ook de Colombiaanse salsa waarbij behalve naar voren en achteren ook zijwaarts wordt gedanst.
Kenmerken van Salsa
Salsa is geen statische stijl maar legt de nadruk op beweging. Dat betekent ook dat er geen vaste volgorde is waarin wordt gedanst. De man leidt en bepaalt aan de hand van de muziek de figuren. Ingewikkelde figuren met de armen zijn typisch voor de salsa. De voeten doen alleen de basispas met enkele beperkte varianten. Een set danspassen in een salsadans is onderverdeeld in acht tellen, verdeeld over twee maten van vier tellen. Omdat de 4e en 8e tel vaak een rust is, wordt er vaak op de volgende manier meegeteld: één, twee, drie. Vijf, zes, zeven.
Een salsadanser verandert zijn gewicht door de verplaatsing van de voeten, waarbij het bovenlichaam rechtop blijft. In het midden van het lichaam zitten natuurlijk de heupen, die essentieel zijn voor de salsa en heel wat heen en weer horen te bewegen. Degene die leidt in de salsa gebruikt niet alleen zijn armen om mooie figuren te maken, maar ook om de ander te leiden via signalen. De salsa blijft meestal ook in een lijn met alle andere dansers, in tegenstelling tot sommige andere latin dansstijlen. Salsa wordt gedanst in bars, clubs, restaurants, dansstudio’s, op feestjes en in de buitenlucht. Er zijn over de hele wereld veel salsa workshops en festivals. Bij salsa is het vooral de bedoeling, zoals bij de meeste dansstijlen, dat je zoveel mogelijk plezier hebt in het dansen. Samen of alleen.