Home » Reportage

Mobiliteit vs. flexibiliteit: wat heb je echt nodig als danser?

Als danser ben je voortdurend bezig met je lichaam: strekken, draaien, springen, en allerlei andere bewegingen die precisie, kracht en souplesse vereisen. Maar wat is nu eigenlijk het verschil tussen mobiliteit en flexibiliteit, en waarom zijn beide belangrijk voor een danser?

Wat is flexibiliteit?

Flexibiliteit is het vermogen van een spier om zich uit te rekken en een grotere lengte te bereiken dan normaal. Het gaat om het reiken van een uiterste punt in je rek- en strekbewegingen, zoals het kunnen aanraken van je tenen met je handen of het uitvoeren van diepe splits. Flexibiliteit wordt vaak getraind door het uitvoeren van statische rekken, waarbij je een spier voor een bepaalde tijd in een uitgerekte positie houdt.

Hoewel flexibiliteit belangrijk is voor veel dansstijlen, zoals ballet en moderne dans, is het niet het enige aspect van fysieke vrijheid dat je nodig hebt als danser.

Wat is mobiliteit?

Mobiliteit is het vermogen van een gewricht om zich in verschillende richtingen te bewegen met een gecontroleerd bereik. Het draait niet alleen om de lengte van een spier, maar vooral om de gezondheid en het functioneren van de gewrichten. Een mobiel gewricht beweegt met meer gemak, controle en zonder pijn door het volledige bewegingsbereik. Dit is cruciaal voor dansers, omdat het je in staat stelt om bewegingen uit te voeren zonder je gewrichten of spieren over te belasten.

Denk bijvoorbeeld aan het uitvoeren van een hoge kick of een diepe lunge. Het is niet alleen de spierlengte die belangrijk is, maar de manier waarop het gewricht (zoals de heup, schouder of enkel) beweegt. Mobiliteittraining richt zich op het verbeteren van dit beweegbereik door middel van dynamische bewegingen, rotaties en gewrichtsversterkende oefeningen.

Flexibiliteit én mobiliteit: een balans

Hoewel flexibiliteit en mobiliteit nauw met elkaar verbonden zijn, zijn ze niet hetzelfde. Als je een hoge graad van flexibiliteit hebt, betekent dit niet automatisch dat je mobiliteit hebt. Omgekeerd kan een danser die veel mobiliteit heeft, maar niet flexibel genoeg is, in sommige bewegingen beperkt worden.

Bijvoorbeeld, je kunt wel in een split gaan, maar als je heupgewricht niet voldoende mobiliteit heeft, kun je moeite hebben met het uitvoeren van een gecontroleerde draai. Daarom is het essentieel om zowel flexibiliteit als mobiliteit in je training op te nemen.

Hoe optimaliseer je zowel mobiliteit als flexibiliteit?

Statische en dynamische rekken: Flexibiliteit kan worden verbeterd door het combineren van statische rekken (waar je een spier in een uitgerekte positie houdt) en dynamisch rekken (waarbij je de spier in een gecontroleerde beweging rekken en ontspannen).

Mobiliteitsoefeningen: Voer specifieke mobiliteitsoefeningen uit voor gewrichten, zoals heupcirkelbewegingen of schouderrotaties. Dit helpt niet alleen je gewrichten soepeler te maken, maar ook sterker.

Versterken van de kern: Een sterke kern zorgt ervoor dat je lichaam gecontroleerd beweegt tijdens complexe dansbewegingen. Het helpt je stabiliteit te behouden, zelfs als je extreme flexibiliteit of mobiliteit nodig hebt.

Regelmatige hersteltraining: Overbelasting kan leiden tot een verlies van zowel flexibiliteit als mobiliteit. Zorg ervoor dat je lichaam voldoende tijd krijgt om te herstellen door rustdagen en hersteltechnieken zoals foamrollen en massage.

Conclusie

Als danser heb je zowel flexibiliteit als mobiliteit nodig om optimaal te presteren en blessures te voorkomen. Flexibiliteit stelt je in staat om die mooie, lange lijnen te maken, terwijl mobiliteit ervoor zorgt dat je lichaam in staat is om gecontroleerde, soepele bewegingen uit te voeren. Door beide aspecten van je fysieke training in balans te brengen, kun je als danser niet alleen je techniek verbeteren, maar ook je algehele prestaties naar een hoger niveau tillen.