Podiumkunstenfestivals slaken noodkreet
De Nederlandse podiumkunstenfestivals luiden de noodklok. Ze verzoeken de Tweede Kamer dringend om 2,4 miljoen euro vrij te maken voor de podiumkunstenfestivals in Nederland. Dat schrijven ze in een open manifest. Onder de ondertekenaars bevinden zich vrijwel alle Nederlandse gesubsidieerde theater- en dans- en muziekfestivals, waaronder Holland Dance, Nederlandse Dansdagen, Spring en Dancing on the Edge.
Met name de manier waarop het geld dat er momenteel is verdeeld wordt wekt frustratie op. Mark Hospers vertelt namens de Verenigde Nederlandse Podiumkunstenfestivals wat de festivalsector zo hoog zit. “Het Holland Festival zit als enige festival in de Basis Infrastructuur 2013-2016. Voor hen is er 3,1 miljoen euro beschikbaar. Voor de overige festivals bleef er gezamenlijk 2,1 miljoen euro over."
"Voor de periode van 2017-2020 is er 2,6 miljoen euro beschikbaar gesteld. Dit geld is helaas niet verdeeld via de cultuurfondsen, die met een afgewogen oordeel bepalen hoe het geld over het festivallandschap verdeeld moest worden. Nee, individuele kamerleden hebben moties ingediend om bepaalde festivals, namelijk Oerol, Cinekid, Nederlandse Dansdagen en Festival Oude Muziek, financieel te helpen. Deze festivals zijn op die manier in de Basis Infrastructuur 2017-2020 beland. Daarnaast is een deel van het geld naar de financiering van een jeugdtheatergezelschap gegaan. Maar dat werkt averechts voor het collectief van podiumkunstenfestivals. We vragen daarom om 2,4 miljoen euro extra voor de periode 2017-2020.”
Een sterk festivallandschap
Hospers benadrukt daarnaast de financiële onderwaardering die de festivals voelen. “De festivals worden als vanzelfsprekend gezien. Maar veel festivals zijn aan het eind van hun Latijn. Het zijn fragiele organisaties die werken met een klein basisteam en heel veel vrijwilligers. 30 november wordt besloten over de structurele subsidies voor de komende vijf jaar. De toekomst van veel festivals is onzeker als er niet meer geld komt.”
Het belang van het manifest noemt Hospers vooral het hebben van een sterk festivallandschap. “Zijn veertig podiumkunstenfestivals veel? Ik heb daar niet echt een mening over. Alle festivals spelen een belangrijke rol. Ze hebben allemaal een eigen signatuur. Sommige zijn gericht op de regio, andere juist internationaal. Het is belangrijk dat ze samen een sterk festivallandschap vormen.”
Oproep voor meer budget
De problemen die de podiumkunstenfestivalsector anno 2015 kent komen voort uit de bezuinigingen in 2012. Maar liefst achttien podiumkunstenfestivals verloren toen hun subsidie. Na de bezuinigingen in 2012 verloren maar liefst achttien podiumkunstenfestivals hun subsidie. De resterende twaalf gesubsidieerde festivals werden gekort op hun budget, soms tot wel zeventig procent. De Verenigde Podiumkunstfestivals deden daarom een oproep voor extra budget. Er kwam 2,6 miljoen euro beschikbaar via de cultuurfondsen, dat dus niet eerlijk verdeeld is volgens de festivals. Vandaar de noodkreet die het festivallandschap nu gezamenlijk slaakt.