Blijf van de vooropleidingen af
12 februari 2012 - Jan Kooijman
In 2006 maakte ik een choreografie voor de Havo voor Muziek en Dans, de officiële vooropleiding van de Rotterdamse dansopleiding Codarts. Het stuk voor zes leerlingen, variërend in de leeftijd van twaalf tot en met zestien jaar, heette 3 Songs. Het bestond uit drie delen: een solo, een duet en een trio. Het werken met jonge talenten vond ik toen al inspirerend. Net als nu bij het dansprogramma So You Think You Can Dance.
Mensen met talent het uiterste van zichzelf zien vergen, in opperste concentratie, is altijd bijzonder. Zeker als het jonge danstalenten zijn. Nederland is gezegend met een aantal goede vooropleidingen, waar deze jonge mensen hun talenten optimaal kunnen ontplooien. Helaas zorgt de actuele politieke situatie voor onzekerheid over de mate van voortbestaan van deze vooropleidingen. De magnitude van de geplande bezuinigingen op podiumkunsten zorgt voor een kleiner werkveld voor afgestudeerde dansers. Binnen de huidige, prestatiegerichte cultuur zal het steeds belangrijker worden dat de vooropleidingen genoeg talenten afleveren aan de dansacademies.
Hoeveel leerlingen stromen door naar het HBO en hoeveel van hen vinden werk als professioneel danser? Ik neem aan dat dit op open dagen van de dansvooropleidingen ook de meest gestelde vragen van ouders zijn. Het antwoord is moeilijk te geven. Talent is zeldzaam en ontwikkelt zich altijd anders. Sommige jongeren lijken op hun elfde nog in de verste verte niet op dansers, maar ontwikkelen zich een paar jaar later juist tot fantastische dansers. Andersom kan ook.
Een groot twaalfjarig talent kan zich fysiek op zo’n bepaalde manier ontwikkelen dat een danscarrière moeilijk wordt. Een voorspelling is dus moeilijk te geven. Een opsteker voor de vooropleidingen is dat binnen de Nederlandse dansgezelschappen vrijwel alle Nederlandse dansers afkomstig zijn van Nederlandse vooropleidingen. Ze hebben hun opleiding dus niet in het buitenland hoeven zoeken. Hopelijk blijft dat zo in de nabije toekomst.
De zes jonge danstalenten met wie ik in 2006 werkte, leerde ik langzaam beter kennen. Ze hielden allemaal van dansen, maar waren er nog lang niet zeker van of ze wel echt professioneel danser wilden worden. In het bijzonder een van de jongens, Lorenzo, had daar veel twijfels over. Ik zag in hem iets van mijzelf terug. Toen ik op de Havo voor Muziek en Dans zat, wist ik ook niet of ik wel echt een bestaan als danser ambieerde. Ik hield ook van tennissen en muziek luisteren. Ondanks die twijfel, werd ik een professioneel danser.
Van die zes jonge mensen zijn er vijf nog altijd actief binnen de dans. Twee meisjes gaan volgend jaar stage lopen. De een bij Scapino Ballet Rotterdam, de ander bij Nederlands Dans Theater 2. Een van de jongens is een bijzonder prestigieuze vervolgopleiding in Engeland aan het afronden en Lorenzo, dat jochie dat het allemaal niet zo goed wist, won vorig jaar bijna So You Think You Can Dance. Hij speelt nu een hoofdrol in de dansfilm Body Language. Deze jongeren kunnen gezien worden als de nieuwe, grote voorbeelden van nóg jongere toekomstige dansers en danseressen. Dames en heren politici, blijf dus van die vooropleidingen af! Er komt heel veel talent vandaan.
Deze blog is eerder verschenen in Dans Magazine 3 2011