SPRING. © Anna van Kooij

Rainer Hofmann: 'Verwachtingen vertroebelen dans en performance'

Door Annabel van Baren

Een zonovergoten café in de binnenstad van Utrecht is het toneel voor mijn gesprek met Rainer Hofmann. Ook al gaat het SPRING festival binnenkort van start, de artistiek directeur maakt toch graag wat tijd voor me vrij, want: “dit hoort ook bij mijn werk”. Een uur lang vertelt Hofmann gepassioneerd en bevlogen over zijn loopbaan, de rol van performance en dans in de samenleving, en natuurlijk honderduit over deze editie van het SPRING festival.  

Van teksttheater naar dans en performance

Hofmann begon ooit als dramaturg. Voornamelijk werkzaam in Duitsland en Zwitserland, richtte hij zijn aandacht eerst op teksttheater, en groeide hij al snel uit tot productiemanager en artistiek directeur van verschillende theaterhuizen en festivals. In het pure teksttheater miste hij soms de authenticiteit van de persoon achter de acteur, die doorgaans op fantastische wijze het script tot leven bracht. Die authenticiteit, immediacy, sprekende lichamen en diens gecodeerde boodschappen vond Hofmann in de dans en performance. Hofmann trad in 2011 aan als artistiek directeur van het Utrechtse Festival a/d Werf. Toen het in 2013 fuseerde met het Springdance festival en zo SPRING in het leven werd geroepen, was de uitbreiding van Hofmanns repertoire een feit. Dans, theater, muziek, performance, maar ook randprogramma’s als Bar Talks en academische workshops staan nu dagelijks op Hofmanns menu.

SPRING middenin de samenleving: Corbeaux, Schuldfabrik

Het belang van dans en performance als onderdeel van de samenleving, wordt onder andere benadrukt in de locatiekeuze voor de voorstellingen Schuldfabrik en Corbeaux. Julian Hetzels Schuldfabrik, een performance-installatie waarbij bezoekers aan de achterkant van een high-end zeepwinkel door verschillende ruimtes worden geleid, is gehuisvest in Winkelcentrum Kanaleneiland. Middenin een gemengde wijk, waar veel mensen niet eerder een dans- of performance voorstelling zullen hebben gezien. Het winkelcentrum wilde dolgraag samenwerken met SPRING en stelde een pand ter beschikking voor de voorstelling, die thema’s als overschot, schuld en schaamte aan de kaak stelt. Corbeaux vindt eveneens middenin de samenleving plaats. De gratis toegankelijke en intens fysieke voorstelling van de Marokkaanse choreograaf Bouchra Ouizguen neemt actuele vraagstukken rondom afkomst en relaties, identiteit en emancipatie onder de loep. Daarbij werkt choreograaf Ouizguen samen met Utrechtse vrouwen van verschillende leeftijden en culturen, en is de voorstelling te zien op drie verschillende locaties: in studentengebied De Uithof, middenin het stadscentrum op de Stadhuisbrug en in het eerdergenoemde Winkelcentrum Kanaleneiland. Zo zal iedere voorstelling niet alleen een andere groep toevallige en opzettelijke bezoekers trekken, maar iedere keer ‘anders’ zijn. Anders door het gevoel wat de afzonderlijke locaties oproepen en anders door het diverse publiek.

Algemene tip voor de bezoeker: keep an open mind

“Zorg voor een open houding” is het devies van Hofmann. Hij merkt op dat mensen soms met bepaalde verwachtingen naar een voorstelling gaan, en dat is jammer. Jammer omdat die verwachtingen vaak niet stroken met de uiteindelijke ervaring. Plus: een verwachting vertroebelt de manier van kijken en ervaren.

Selectieproces van voorstellingen en persoonlijke tip: Balabala

In deze editie van SPRING wordt het internationale karakter van het festival nog extra benadrukt, door voorstellingen te programmeren uit uiteenlopende landen. Belangrijk bij de selectie van voorstellingen is dat ze politiek geëngageerd zijn. Niet op een expliciete manier zozeer (ze hoeven dus niet letterlijk over bootvluchtelingen te gaan) maar wel impliciet, door identiteitskwesties aan te kaarten. Verder kiest Hofmann makers die een duidelijk eigen stempel hebben. De mix van gevestigde en nieuwe makers is een risico: ongeveer de helft van de voorstellingen zijn niet klaar als Hofmann ze boekt. Dat risico is een gedeelde verantwoordelijkheid tussen makers, SPRING en het publiek. Een open houding, het bezoeken van zoveel mogelijk voorstellingen, zijn Hofmanns voornaamste tips. Maar een specifieke voorstelling wil hij wel eruit lichten, namelijk Balabala van Eko Supriyanto. In deze voorstelling geven vijf jonge danseressen uit Oost-Indonesië een stem aan het kwetsbare vrouwelijke deel van hun gemeenschap. Zonder enige dansachtergrond scheppen deze 17- en 18-jarigen een beeld van krachtige vrouwen, niet via protest of verzet maar door te dansen. Supriyanto, ooit danser bij Madonna, maakt met Balabala een zachte, tedere en ontroerende proeve van kracht.

Hét recept voor een succesvol festival: een geweldig team!

Hofmann benadrukt het belang van werken in een team. Een team waarin vertrouwen, openheid en authentieke communicatie vooraan staan. Dat je dus “graag tijd doorbrengt met je teamgenoten”. Hofmann waardeert het als collega’s hun mening over de programmering geven. Juist omdat SPRING een diversiteit aan voorstellingen heeft, zal iedereen een andere voorkeur hebben. Die uiteenlopende reacties van collega’s is een afspiegeling van het SPRING publiek: ook zij zullen een persoonlijke smaak hebben.

Zin in SPRING!

Na mijn gesprek met Rainer Hofmann heb ik nog meer zin in SPRING! Ik zou nog uren met Hofmann kunnen doorpraten, maar onze respectievelijke plicht roept. Ik zie ernaar uit om, samen met nog zo’n 50 andere vrijwilligers, deze editie van SPRING weer tot een daverend succes te maken.